HET VROEGE VOORJAAR. (door Walter Stroef)

De bange winter verspilt stilaan zijn kracht aan de koude en korter wordende nachten.
Het desolate weer grijnst druilerige regen op de roerloze natuur.
Nochtans demonstreren de winterse nachten een sterrenhemel van een helder fonkelende pracht.
Nooit was de 'Poolster' zo dichtbij.
De 'Kleine Beer' toont fier zijn glinsterende ster op 650 lichtjaar van ons verwijderd.
Het menselijk oog kan deze onnoemelijke afstand overbruggen in één wenk, liefst 300.000 km per seconde.
De zon onttrekt zich moeizaam aan de kille ochtend. Toch verhoogt zij langzaam haar parabool.
Alhoewel de ondergrond geruisloos de eerste groene blaadjes tovert, zijn crocussen en sneeuwklokjes blij de
eindfase van de oude winter in te luiden.
De mezebolletjes worden gretig bezocht door de twitterende koolmees.
Spoedig zoekt hij een nieuw vrouwke en een legkastje.
Zijn fiere zwarte borst glinstert in het vroege zonlicht en zet aan tot de nieuwe jacht.
Vlug is hij niet tevreden, maar zijn hoogmoed zal hem nu wel drijven.
Het roodborstje is ook kordaat, duldt zelfs geen tegenspraak. De kapers zullen het spoedig ondervinden.
Zijn wijveke zien we zelden, zij wacht op het gevecht en het mannetjes werk.
Verborgen in een boom, zingt de tuinfluiter zijn eentonig lied.
Hij kan niets beter, maar het heeft toch iets.
Wat verderop is een weide, bezaaid met zilvermeeuwen en hun kwebbelend gesprek; een eerste kennismaking?
De zwiepende dans van een mannetje, indruk makend en tonend zijn witte borst die schittert in het pas ontloken licht van de rijzende zon.
Boven onze hoofden verstoort een zoet geronk de vredige evolutie van dit prachtig stukje leven.
Een grijze vogel, als een vastberaden adelaar, zoekt zich een weg door het laag wolkendek.
Hij gluurt gestadig naar iets aan de einder, is opzoek naar zijn haven en een veilige thuiskomst.
Het onmetelijk heelal stoort hem niet, alleen en subtiel door het luchtruim klieven behaagt hem.
Hoe lager hij daalt, trachten flarden van nevels hem te weerhouden, doch tevergeefs, zijn apparatuur stuurt hem onverstoorbaar verder.
De controletoren wenkt hem langzaam naar de brede landingsbaan.